Een bekend figuur in Kortgene
Bobje (87) was de eerste allochtoon op Noord-Beveland: "Ik voel me Zeeuw in hart en nieren"
Sahraoui 'Bobje' Abdoun met zijn dochter Dalilah Abdoun en zijn kleindochter Aicha Abdoun. © Marcelle Davidse
(Sahraoui 'Bobje' Abdoun)
Bob werkte hard. Eerst in de bouw en later in de horeca. Hij woonde met zijn vrouw en drie dochters in Kamperland en Colijnsplaat, maar uiteindelijk streek de familie Abdoun neer in Kortgene, waar zij cafetaria Messina begonnen. „Je zult het misschien niet geloven, maar in die tijd was het hier zo druk dat je je auto amper kwijt kon”, zegt Bobje.
Het is een bijzondere beleving: plat Zeeuws uit de mond van een Arabische man. Op de vraag of hij ook standaard Nederlands kan, kijkt Bobje niet begrijpend naar zijn dochter. „Wat hij nu spreekt, dat is wat hij kan”, zegt Dalilah. „In de tijd dat hij hier kwam, praatte iedereen dialect. Dat is dus wat hij geleerd heeft.” Bob praat niet alleen Zeeuws, hij vóelt zich ook Zeeuw. „In hart en nieren”, klinkt het vanuit het hoekje. „Als ik langer dan twee weken weg ben, krijg ik heimwee naar Kortgene.” Je zou Bob een schoolvoorbeeld van integratie kunnen noemen, maar daar wil de 87-jarige niet van weten. „Oppassen en aanpassen moet je, dan komt het allemaal goed.”
KORTGENE 23/05/2018 - Sahraoui Abdoun, beter bekend als Bobje, is naar eigen zeggen de eerste allochtoon op Noord-Beveland. En waarschijnlijk ook één van de weinige Peelanders die de hoofdrol speelt in zijn eigen film. Dochter Dalilah en kleindochter Aicha leggen het bijzondere levensverhaal van hun Algerijns-Zeeuwse (o)pa vast in een documentaire.
Een tik op de ruit, gevolgd door een opgestoken hand. Als een koning zwaait de 87-jarige Bobje van achter het raam naar passerende inwoners en toeristen. „Rondje gelopen, zeker”, zegt hij tegen niemand in het bijzonder. Zijn adem veroorzaakt een vluchtige condens op het glas waarachter hij bijna dagelijks te vinden is. Het is één van zijn vaste plekjes, de hoektafel op de bovenverdieping van cafetaria Messina aan de Kaaidijk. Bobje werkt al jaren niet meer in het eetcafé wat hij in de jaren zeventig begon, maar hij woont in het appartement boven de zaak en is er nog dagelijks te vinden. Is het niet binnen, dan wel buiten, aan de picknicktafel op de hoek.
Sahraoui 'Bobje' Abdoun met zijn dochter Dalilah Abdoun en zijn kleindochter Aicha Abdoun. © Marcelle Davidse
Zelf vindt Bobje dat hij het al een stuk minder druk heeft gekregen. „Er is een tijd geweest dat ik zes- van de achtduizend mensen op het eiland bij naam kende”, zegt hij in het Zeeuws met een Arabisch accent. „Er is geen huis in het oude gedeelte van Kamperland waar ik geen koffie heb gedronken.” Bob zwijgt een tijdje, trommelt met zijn vingers op de tafel en zet vervolgens met een zwierig gebaar een blauwe pet met Zeeuwse vlag op zijn hoofd. Dan volgen langzaam maar zeker anekdotes. Over zijn leven in Algerije, zijn vrijwilligerswerk in Cambodja als moslim bij een katholieke stichting en zijn eerste jaren op Noord-Beveland.
Neher
"Er is geen huis in het oude gedeelte van Kamperland waar ik geen koffie heb gedronken"(Sahraoui 'Bobje' Abdoun)
Bobje groeide op in Algerije als Sahraoui Abdoun, maar vanwege de onveilige situatie daar vertrok hij in de tweede helft van de jaren vijftig naar Frankrijk. Daar ontmoette hij de Zeeuwse Jans van de Linde. De geboren en getogen Noord-Bevelandse was met de vakantietrein naar de Côte d'Azur afgereisd en ja, toen kwam ze dus ‘thuus mie een neher’, zoals dochter Dalilah het in plat Zeeuws omschrijft. Volgens Bobje vond de familie van Jans hun relatie prima, maar dochter Dalilah schudt resoluut haar hoofd. „Echt niet, pap. Toen jullie trouwden was er maar één tante bij. Dat zegt genoeg.”
Het Algerijns-Zeeuwse koppel woonde een aantal jaren in Frankrijk en kwam in 1960 naar Noord-Beveland. Voor veel mensen daar was een ontmoeting met Sahraoui hun eerste kennismaking met een allochtoon. De inwoners ontvingen hem met enige scepsis, maar Bob liet zich niet in een hokje plaatsen. Nieuwsgierig en sociaal als hij is, wist hij binnen een mum van tijd een plekje te veroveren in de Noord-Bevelandse samenleving. Alleen die naam van hem, die bleef lastig voor de Peelanders. Zijn eerste werkgever op het eiland besloot op dag één al dat het voortaan ‘Bob’ zou zijn.
Cafetaria
Bob werkte hard. Eerst in de bouw en later in de horeca. Hij woonde met zijn vrouw en drie dochters in Kamperland en Colijnsplaat, maar uiteindelijk streek de familie Abdoun neer in Kortgene, waar zij cafetaria Messina begonnen. „Je zult het misschien niet geloven, maar in die tijd was het hier zo druk dat je je auto amper kwijt kon”, zegt Bobje.
"Iedereen heeft wel iets beleefd met Bobje en allemaal willen ze hun verhaal vertellen"
(Kleindochter Aicha)Het is een bijzondere beleving: plat Zeeuws uit de mond van een Arabische man. Op de vraag of hij ook standaard Nederlands kan, kijkt Bobje niet begrijpend naar zijn dochter. „Wat hij nu spreekt, dat is wat hij kan”, zegt Dalilah. „In de tijd dat hij hier kwam, praatte iedereen dialect. Dat is dus wat hij geleerd heeft.” Bob praat niet alleen Zeeuws, hij vóelt zich ook Zeeuw. „In hart en nieren”, klinkt het vanuit het hoekje. „Als ik langer dan twee weken weg ben, krijg ik heimwee naar Kortgene.” Je zou Bob een schoolvoorbeeld van integratie kunnen noemen, maar daar wil de 87-jarige niet van weten. „Oppassen en aanpassen moet je, dan komt het allemaal goed.”
Documentaire
Na anderhalf uur met Bobje lijkt het alsof hij slechts een fractie van zijn levensverhaal heeft gedeeld. En dat is precies waarom dochter Dalilah en kleindochter Aicha een documentaire maken over hun (groot)vader. „Iedereen weet wel iets van zijn leven, maar niemand kent het hele verhaal”, zegt Dalilah. Aicha knikt. „Met de film willen we al die losse hoofdstukken aan elkaar verbinden.” Moeder en dochter geven toe dat ze niet gelijk stonden te springen toen Bobje aangaf een film te willen over zijn leven. „We hebben eerst een partijtje zitten lachen”, bekent Dalilah. „Pas later zijn we er serieus over gaan nadenken.”
De dames zijn momenteel druk bezig met het script, de interviews en het verzamelen van beeldmateriaal. „De betrokkenheid vanuit Noord-Beveland is enorm”, zegt Aicha. „Iedereen heeft wel iets beleefd met Bobje en allemaal willen ze hun verhaal vertellen. Van klanten en oude buren tot een dorpsgenoot die opa tegenkwam toen hij pech had met zijn fiets.”
Frietje
Dalilah en Aicha hopen hun filmproject te bekostigen met subsidies en een crowdfundactie. Via deze website kunnen mensen tot 27 mei een bedrag doneren. Afhankelijk van het bedrag krijgen ze bijvoorbeeld een frietje in cafetaria Messina, toegangskaarten voor de film of komt hun naam in de aftiteling. Diverse mensen werken op vrijwillige basis mee. Zo schrijft journalist Eugène de Kok het script en zal de spreekstem afkomstig zijn van Racoon-gitarist Dennis Huige. Kleindochter Aicha, die fotograaf en filmmaakster is, schiet de beelden.
Het eindresultaat is zaterdag 6 oktober te zien in het dorpshuis van Kortgene. Bobje is er, zoals het een echte Zeeuw betaamt, opvallend nuchter onder. Hij wandelt op het gemakje naar buiten voor de foto en ploft neer op de picknickbank. Zijn hand gaat als vanzelf omhoog wanneer een auto de hoek om komt. Dag Bobje, dag.
Bobje op Facebook
Bobje op Facebook
Reacties
Een reactie posten