Klein Antwerpen

Het Kanaal door Zuid-Beveland veranderde Hansweert van een onbeduidend dorp in een welvarend plaatsje vol bedrijvigheid.


Op 11 oktober 1866 ging het Kanaal door Zuid-Beveland, scheepvaartverbinding tussen de Westerschelde en de Oosterschelde, officieel open. Op 15 oktober van dat jaar mochten de eerste schepen het kanaal op. Met een reeks activiteiten staat Zeeland stil bij zijn verjaardag.

Hansweert aan de Westerschelde was tot het midden van de 19e eeuw een onbeduidend dorp met een haventje. De aanleg van het Kanaal door Zuid-Beveland en vooral de bouw van de grote sluis in het dorp in 1916 veranderde Hansweert ingrijpend. Er kwam voorspoed.

Op zeker moment had het dorp zo veel winkels, leveranciers van scheepsbenodigdheden en cafés dat het in de volksmond ”Klein Antwerpen” heette. Op en om het kanaal vormden parlevinkers een belangrijke bedrijfstak. Ze verkochten levensmiddelen aan schippers en brachten die zelf met een bootje naar de passerende schepen bij de sluis of langs het kanaal.



Reactie op spoorlijn

Het graven van het 9 kilometer lange kanaal tussen Wemeldinge aan de Oosterschelde en Hansweert was een reactie op plannen om een spoorlijn aan te leggen door Zuid-Beveland en Walcheren. De scheepvaart maakte van oudsher vooral gebruik van de Kreekrak, het vaarwater tussen Zuid-Beveland en de Brabantse Wal, maar dat was destijds sterk aan het verzanden. Met het nieuwe kanaal kwam er een voor die tijd moderne verbinding tussen de twee zeearmen tot stand.

Al tijdens de aanleg veranderde Hansweert. De graafwerkzaamheden lokten honderden werklieden naar het dorp, die in een groot tentenkamp werden ondergebracht. Het kanaal werd met de schop uitgegraven, de grond moest met kruiwagens of lorries over rails worden afgevoerd.

Het Kanaal door Zuid-Beveland werd in de 20e eeuw een van de drukst bevaren kanalen van West-Europa. „Het water werd er tot karnemelk gevaren, zó schuimde het”, zegt Henk Jansen (57), die samen met zijn jongere broer Jan Jansen (45) bij stuwadoorsbedrijf P. M. Jansen werkte, tegenwoordig De Vilder Jansen. Dit in Kruiningen gevestigde familiebedrijf verwerkte sinds 1959 in Hansweert talloze ladingen aardappelen, uien en pootgoed.

„Er was altijd wat te beleven in Hansweert”, aldus Jansen. „Als jongetje was ik altijd op de sluizen te vinden. Dan werd er tegen me geroepen: „Achter de sluis is een walvis aangepoeld!” Ik direct op mijn fiets. Niks te zien. „Hij zwom nét weg”, werd er dan geroepen.””

Veel cafés

In de hoogtijdagen in de jaren 50 en 60 van de vorige eeuw telde ”Klein Antwerpen” 28 cafés, weet Jan Jansen. Hij bewaarde duizenden foto’s en krantenknipsels, evenals bewegend beeld over het Hansweert van weleer.

Op 1 oktober werd een selectie daaruit in het dorpshuis van Hansweert geëxposeerd. Broer Henk: „De grote havens lachten wel eens om ons bedrijf. Ze vonden dat we nogal primitief te werk gingen. Het laden of lossen van die zakken aardappelen van 50 kilo per stuk gebeurde meest handmatig. Ondertussen konden wij wel sneller werken dan onze collega’s in de haven van Rotterdam. Wij waren gewoon boerenjongens met een no-nonsense-instelling: niet zeuren, aanpakken. We dronken samen een bak koffie in een oude schaftkeet. Af en toe werd er zelfs een flesje bier gedronken; niemand die er misbruik van maakte.”




Keerzijde

Voor Hansweert had het kanaal ook een keerzijde. Ontwikkelingen in de scheepvaart maakten het in de jaren 80 van de vorige eeuw noodzakelijk het kanaal flink te verbreden. Er kwam een nieuw sluizencomplex, op grotere afstand van het dorp en van de Westerschelde. Hansweert-Oost moest wijken voor deze operatie.

Honderden woningen gingen tegen de vlakte, tot groot verdriet van de inwoners van het hechte en eigenzinnige Scheldedorp. De verbeteringswerken aan het kanaal duurden van 1982 tot 1994.

Tegenwoordig is het 24 meter brede kanaal een hoofdvaarweg die deel uitmaakt van de hoofdtransportas voor de scheepvaart tussen Gent en Duitsland.


Reacties