Knopen leggen

De paalsteek (Engels: bowline) is een knoop die gebruikt wordt om een niet schuivende lus in een touw te maken. De paalsteek wordt veel in de scheepvaart gebruikt om een lus in een meerlijn te maken wanneer daar geen oogsplits in ligt. Voor de specialist kan de paalsteek op twee manieren gelegd worden, volgens koopvaardij of marine (ook wel Rotterdamse of Amsterdamse slepers). De redenen voor die voorkeur hebben te onder andere te maken met veilig losmaken of het met één hand kunnen leggen, maar vermoedelijk meer met traditie.


Een mastworp (Engels: Clove Hitch) is een knoop waarmee een lijn aan een paal (of aan de mast) bevestigd kan worden. Wanneer de mastworp onder spanning staat, dan zal de mastworp niet schuiven. Door kracht op de lijn te zetten trekt de lijn zichzelf vast.



Wanneer er geen constante kracht, maar een steeds varierende kracht op de lijn staat (bijvoorbeeld bij het vastleggen van een boot op een punt waar veel golfslag is), dan kan een mastworp wel eens los raken. In een dergelijk geval kan de mastworp nog gezekerd worden door het losse einde van de lijn nogmaals om de paal te slaan een met een halve steek of slipsteek weer aan het vaste eind van de lijn vast te maken.



Een mastworp kan ook op slip gelegd worden, om ervoor te zorgen dat de lijn weer eenvoudig los gemaakt kan worden.

Een mastworp en de varianten: mastworp met voorslag, wurgsteek en constrictorknoop houden alleen om ronde voorwerpen. Om vierkante balken of profielen valt de knoop er zo weer uit. Leg deze knoop ook nooit om een lichaamsdeel, de eigenschap om steeds strakker te gaan zitten kan heel vervelende gevolgen hebben.


Kikker beleggen

Een van de knopen die je op een zeilboot het vaakst zult gebruiken is eigenlijk geen echte knoop. Op veel plekken aan boord kun je ‘kikkers’ vinden. Onder andere de vallen worden na het hijsen van de zeilen in veel gevallen op een kikker vastgezet. Het is een gemakkelijke manier om een lijn onder spanning vast te zetten. Je kunt een lijn vastzetten op een kikker door telkens een lus om de uiteinden te halen. Na twee lussen eindig je met een gedraaide lus waardoor de lijn zichzelf vastzet. Je knoop ziet er uit als een ‘8’ vorm.



Schootsteek

Een schootsteek daarentegen is om twee lijnen van verschillende diktes aan elkaar te verbinden. Maak met de dikkere lijn een losse lus. Haal de dunnere lijn er vervolgens tussendoor en wikkel deze tweemaal onder zichzelf door om de bredere lijn heen. Dit is de dubbele schootsteek, als je de dunnere lijn er eenmaal omheen slaat is dit de klassieke schootsteek.



Een knoop aan een sluiting


Reacties